Wat is de betekenis van Kaper, zeevaart?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Kaper, zeevaart

m. (-s), 1. hij die kaapt, die de kaapvaart uitoefent; — (overdr.) kaperschip; (spr.) er zijn kapers op de kust, er is onraad, anderen dingen met ons naar hetz. doel (betrekking, meisje enz.), trachten ons daarbij voor te zijn; 2. (w. g.) hij die kaapt, wegneemt.