iris, oog
I. v./m. (-sen), 1. regenboog; 2. regenboogvlies in het oog (e); 3. (ook: lis), samenvattende benaming voor vele variëteiten van planten behorend tot het geslacht →Iris; II. m. (-sen), een soort van bergkristal waarvan de kleuren lijken op die van de regenboog. (E) ANATOMIE. De iris is het achter het doorzichtige hoornvlies gelegen e...