Wat is de betekenis van iners?

2025-07-24
Verklarend Woordenboek Plantennamen

Dr. C. A. Backer (1936)

iners

iners, - van Lat. in, ontk. voorv.; ars, kunst, vaardigheid: zonder vaardigheid, zonder vermogen, zonder werking (niet geurig, bv.).

2025-07-24
Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Ĭners

ertis 1. onbekwaam, onhandig, onnozel, ongevormd, niet listig genoeg. 2. werkeloos, traag, lui, loom; ook act. = traag makend, verslappend. | in ’t bijz., laf, (van dieren) schuw, schichtig.

2025-07-24
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Iners

lat., traag, werkeloos. Inertie (inertia), traagheid, werkeloosheid; onvermogen.

2025-07-24
Prisma Latijn Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)