Indraai en
(draaide in, heeft en is ingedraaid), I. overg., 1. door draaien in iets of binnenwaarts brengen: een schroef indraaien, in het hout; draai de pit wat in, naar beneden 2. met een draai doen komen in: hij draaide de wagen heel handig de stal in; — (fig.) iern. de doos, de kast indraaien, hem in arrest zetten ; ook...