Inbreng, m.b.t. geld
m. (-en), 1. het inbrengen; 2. wat men inbrengt; — wat de deelgenoten aan een vennootschap te harer oprichting afstaan; wat in een spaarkas ter bewaring gebracht of in een bank van lening verpand wordt; — huis van inbreng, een pandjeshuis; 3. (rechtst.) hetgeen erfgenamen bij de boedelscheiding moeten terug- of in rekening bren...