Hy speelt mooi weer
Dat is, hy maakt goed çier door teeren en smeren. Wanneer ’t mooi weêr is, vaaren of ryden zommige met schuiten of wagens uit spelen, om zich te verlustigen en vermaaken; en dan moet ook de koude keuken en wynkelder niet bekrompen mede, al zoude men een schraale beurs en kouden haard ’t huis vinden. ’t Moet’er d...