Hoorder
m. (-s), die naar iets hoort; in ’t bijz. toehoorder: mijn hoorders!-, geëerde, waarde hoorders!' iem. die als afgevaardigde van een kerkeraad een predikant gaat horen.
Van Dale Uitgevers (1950)
m. (-s), die naar iets hoort; in ’t bijz. toehoorder: mijn hoorders!-, geëerde, waarde hoorders!' iem. die als afgevaardigde van een kerkeraad een predikant gaat horen.
Wiktionary (2019)
hoorder - Zelfstandignaamwoord 1. (formeel) (persoon) iemand die naar iets luistert ♢ In sommige Aboriginetalen oriënteert men zich ruimtelijk niet, zoals wij, op de spreker of hoorder, maar staat de geografische wereld centraal: iets staat niet links of rechts naast je, voor je of achter je, maar ten...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
m. (-s), iemand die naar iets hoort: in het bijzonder toehoorder: mijn hoorders!; iemand die als afgevaardigde van een kerkeraad een predikant gaat horen.
J.H. van Dale (1898)
HOORDER, m. (-s), die naar iets hoort, toehoorder: mijne hoorders!; geëerde, waarde hoorders! HOORDERES, v. (-sen).
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: