Wat is de betekenis van Hoog, jacob?

2025-07-24
NBW

Redactie P.C. Molhuysen en PJ. Blok (1914)

Hoog, jacob

HOOG (Jacob), geneeskundige, zoon van Ds. Marinus Hoog en Maria Catharina Weylandt, geboren te Molenaarsgraaf 3 Nov. 1722, gest. 19 Juli 1763 te Rotterdam, en aldaar 25 Juli begraven. Hoog was van schotsche afkomst; zijn grootvader was Thomas Hoog, die in 1679 naar Rotterdam gekomen was en zich daar als predikant bij de schotsche gemeente had geves...