Wat is de betekenis van Homosexueel?

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Homosexueel

I. bn., behept met of voortkomend uit homosexualiteit; II. gemeensl. zn. (...elen) persoon met uitsluitende geslachtsdrift voor zijn geslachtsgenoten.

2025-07-27
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Homosexueel

iemand met sexuele neigingen tot het eigen geslacht.

2025-07-27
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

homosexueel

met verliefde neigingen tot het eigen geslacht behept.

2025-07-27
Vreemde woordenboek

S. van Praag (1937)

homosexueel

verliefd op het eigen geslacht kunnen zijn.

2025-07-27
Populaire Geneeskundige Encyclopaedie

Dr. Ch. Bles (1929)

Homosexueel

geestesziekte, waarbij geneigdheid tot geslachtelijke gemeenschap met personen van hetzelfde geslacht bestaat.

2025-07-27
Pinkhof geneeskundig woordenboek

Herman Pinkhof (1923)

Homosexueel

ὁμός, gelijk en Lat., sexus, geslacht), geneigd tot gemeenschap met personen van hetzelfde geslacht. Is daarbij het karakter en de persoonlijkheid veranderd in de richting van de eigenschappen van het andere geslacht, dan spreekt men bij vrouwen van viraginiteit, bij mannen van effeminatio. Vgl. Urning, Tribade, Amor lesbicus, Bise...

2025-07-27
Uitheemsche geneeskunde termen

dr. H. Pinkhof (1923)

Hómosexuéel

geneigd tot gemeenschap met personen van hetzelfde geslacht. Is daarbij het karakter en de persoonlijkheid veranderd in de richting van de eigenschappen van het andere geslacht, dan spreekt men bij vrouwen van viraginiteit, bij mannen van effeminatio. Vgl. Urning, Tribade, Amor lesbicus, Bisexueel.

2025-07-27
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

homosexueel

homosexueel - iemand met verkeerde geslachtelijke neigingen behept.

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-27
Wink's vreemde woordenboek

dr. Jan Romein (1906)

Homosexueel

met sexueele neiging voor hetzelfde geslacht.