Homo sum, humani nil a me alienum puto
Ik ben een mens, niets menselijks acht ik mij vreemd. TERENTIUS, Heautontimorumenos 25.
Dr. D.J.A. Westerhuis (1974)
Ik ben een mens, niets menselijks acht ik mij vreemd. TERENTIUS, Heautontimorumenos 25.
Jozef Verschueren (1930)
[Tebentius, Heautontimorumenos 11, 25; Lat.] ik ben een mens, niets menselijks acht ik mij vreemd.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: