Hels
bn. bw., 1. uit of van de hel: de helse machten ; in de helse verdoemenis ; — de helse Brueghel, P. Brueghel de Jonge, die vooral voorstellingen van de hel schilderde ; 2. zoals in de hel; der helle waardig, duivels : een hels plan, een uitermate boosaardig opzet; — een hels lawaai, oorverdovend; &md...