Helft
v. (-en), elk der beide gelijke delen waarin men iets verdeeld heeft of zich verdeeld denkt: de helft van tien is vijf; geef mij de helft van die appel; Salomo zeide: doorsnijdt dat levende kind in tweeën, en geeft de ene (vrouw) een helft, en de andere een helft; — op de helft, halverwege : wij zijn nu op de helft; — voor d...