Gepubliceerd op 11-11-2021

helft

betekenis & definitie

v. -en; één der twee gelijke delen, waarin iets verdeeld is: de helft v. e. appel, de helft v. e. erfenis; ik ben op de helft; ik verstond de helft niet, een groot gedeelte; meer dan de helft; de helft minder; tot op de helft; zegsw. de andere helft is ook zo, hou maar stil, ’t is genoeg.

< >