Heleboel
in de bw. uitdr. een heleboel, veel, een groot aantal (gemeenz.): een heleboel kinderen; hij heeft er een heleboel; vind je dat weinig ? ik vind het een heleboel'.
Van Dale Uitgevers (1950)
in de bw. uitdr. een heleboel, veel, een groot aantal (gemeenz.): een heleboel kinderen; hij heeft er een heleboel; vind je dat weinig ? ik vind het een heleboel'.
Wiktionary (2019)
heleboel - Hoofdtelwoord 1. een ~: veel ♢ Een heleboel bomen zijn door de storm omgewaaid. ♢ Een heleboel benzine ging in de brand in vlammen op. heleboel - Onbepaald voornaamwoord 1. de ~: alles ...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Muiswerk Educatief (2017)
heleboel - telwoord uitspraak: he-le-boel 1. heel veel ♢ een heleboel kinderen Telwoord: he-le-boel Synoniemen kluit
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
(het accent wisselt), in de bijw. uitdr. een —, veel, een groot aantal: een heleboel kinderen; hij heeft er een —; vind je dat weinig? ik vind het een heleboel!
Instituut voor de Nederlandse taal
heleboel telw. 'veel' categorie: geleed woord Nnl. in de heele boel 'een (in de tekst eerder genoemde) verzameling mensen' [1785; WNT boedel], een heele boel voetstoots vernuft 'een hele hoop ongedefinieerde begaafdheid' [1785; WNT boedel]. een heele boêl achting 'veel achting' [1789; WNT opdoen...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: