Wat is de betekenis van Handkarren?

2025-07-28
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

handkarren

(2021) (inf.) masturberen. Syn.: met de handkar* gaan. Kijk ook onder fappen*. • Mag ik je er in alle bescheidenheid op wijzen dat ik het fappen heb uitgevonden noch verbeterd. Adam handkarde al, want je zal maar met die Xantippe van een Eva zitten opgescheept in die saaie kuttuin. (HP/ De Tijd, 09/2021)

2025-07-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

handkarren

handkarren - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord handkar

2025-07-28
XYZ van Amsterdam

J. Kruizinga, Gerrit Vermeer (2002)

Handkarren

Handkarren, zowel voor het vervoer van goederen als voor het verhuizen van arbeiders gezinnen, voor straatventers en voor bloemen- kooplui, zijn er in A. altijd meer geweest dan in andere Nederlandse steden. Voor de Tweede Wereldoorlog waren er 10.000, waarvan vele in eigendom van de gebruiker, maar de meeste in eigendom van de karrenverhuurders, d...

Gerelateerde zoekopdrachten