Wat is de betekenis van halveren (halveerde, heeft gehalveerd), (overg.)?

2025-07-24
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

halveren (halveerde, heeft gehalveerd), (overg.)

1. in twee gelijke stukken delen, middendoor snijden: ik zal die appel maar de buit —, met zijn tweeën delen; (rekenkunde) door twee delen; (meetkunde) een hoek, een lijn —; 2. tot op de helft verminderen.