Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

halveren (halveerde, heeft gehalveerd), (overg.)

betekenis & definitie

1. in twee gelijke stukken delen, middendoor snijden: ik zal die appel maar de buit —, met zijn tweeën delen; (rekenkunde) door twee delen; (meetkunde) een hoek, een lijn —;

2. tot op de helft verminderen.

< >