Wat is de betekenis van Gärtner?

tuinman; tuinder, tuinier; den Bock zum Gärtner machen, de kat op het spek binden.

Gärtner - 1° Aug., Duitsch medicus; * 1848 te Ochtrup (Westf.). Maakte vooral naam op gebied der hygiëne. De bacil van Gärtner heeft vele eigenschappen gemeen met paratyphusbacillen en kan een ziekte veroorzaken, die veel overeenkomst met de ➝ paratyphus heeft. In den zomer vindt men dezen bacil nogal eens als verontreiniging in...

Gärtner - (Friedrich von), geb. 1792 te Coblenz,gest. 1847 te München. G. behoort tot die archi-tecten uit den tijd der Romantiek, die meege-werkt hebben aan de restauratie der Middel-eeuwsche bouwwerken of nieuwe gebouwen inhistorischen stijl hebben opgericht. G. voelde zichbij voorkeur tot den Romaanschen stijl aange-trokken. Restauraties aan de...

Gärtner - (Karl Friedrich), 1772—1850, arts te Calw, vooral bekend geworden door zijn onderzoekingen over de sexualiteit der planten. Meer in het bijzonder zijn onderzoekingen over bastaardeering zijn van groote waarde. Onder zijn talrijke geschriften moet genoemd worden de beantwoording van een prijsvraag door de Hollandsche Maatschappij der Weten...

Gärtner. Onder dezen naam vermelden wij: Karl Christian Gärtner, een Duitsch schrijver. Hij werd geboren te Freiberg in het Ertsgebergte den 24sten November 1712, bezocht met Gellert en Ramler de school te Meiszen en studeerde vervolgens te Leipzig, waar hij eerst een aanhanger was van Gottsched, maar later tot de Vereeniging behoorde, die de Saksi...