GROVESTINS, JONKHEER JOHAN VAN
bevond zig, in het Jaar 1618, op de vergadering, ten huize van ZUILENSTEIN, te Utrecht, en beschuldigde aldaar den oudsten Hopman der Waardgelders, HARTEVELD, met te zeggen: dat die hun te voorat had aangezegt, dat hij en de andere Hoplieden niet begeerden te dienen tegen de Algemeene Staaten, noch tegen den Prins; noodzaakende voorts...