Wat is de betekenis van groeistuip?

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Groeistuip

v. (-en), stuip ten gevolge van de groei (bij jonge kinderen): de kleine heeft last van groeistuipjes.

2025-07-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

groeistuip

groeistuip - Zelfstandignaamwoord 1. een plotselinge toename van iets Nederland maakt een groeistuip door. De grens van 17 miljoen inwoners werd afgelopen maart geslecht, en nu - negen maanden later - telt het aantal inwoners al bijna 17,1 miljoen. Oorzaak van de groei, zo meldde het CBS dinsdag, is...

2025-07-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

groeistuip

v. groeistuipen (kleinkinderstuipje).

2025-07-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

groeistuip

v. (-en) stuip die geacht wordt met het groeien in verband te staan : -en bij zuigelingen en jonge dieren.

2025-07-27
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

groeistuip

v./m. (-en), een plotselinge spiersamentrekking tengevolge van de groei bij kleine kinderen; meestal kortdurend; (fig.) moeilijkheden bij snelle groei. (e) Groeistuipen treden in de eerste levensmaanden op meestal tijdens een periode van borstvoeding. Er is enige twijfel over de aard van deze aandoening: sommigen menen dat zij inderdaad iets met de...

2025-07-27
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-27
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)