Grif
m., 1. (dicht.) schrijfstift, graveernaald: 2. zie Grift (II).
Muiswerk Educatief (2017)
grif - bijvoeglijk naamwoord 1. wat niet veel tijd kost ♢ hij stemde grif toe Bijvoeglijk naamwoord: grif Synoniemen rap, schielijk, snel, vlug Tegenstellingen langzaam, traag
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
M. J. Koenen's (1937)
I. bn., bw.; griffer, grifst (vaardig, vlug, vlot, spoedig gereed): grif in alle dingen, handig; hij antwoordde grif, vlot; alles ging grif van de hand, willig; iets grif toegeven, volmondig. II. m. griffen (griffel 1): griffen met prachtige lange punten.
Jozef Verschueren (1930)
I. m. Verh. schrijfstift, graveernaald. II. 1. bn. en bw. (-fer, -st) vaardig, vlot, vlug : met iets zijn; in alle dingen. 2. bw. zonder bezwaar: iets toegeven; alle waren gingen van de hand.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
bn. en bw.; vaardig, vlug, spoedig gereed: zij is heel met haar tranen, heeft die terstond bij de hand; zijn vraag werd — beantwoord, terstond; zij stemde toe, zonder tegenwerping, of (sterker) met gretigheid; de gehele partij werd verkocht, glad, vlot, vlug.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: