Wat is de betekenis van Goel?

2025-07-27
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Goël

bloedwreker

2025-07-27
Kleine woordentolk der geesteswetenschappen

A.J.H. van Leeuwen, A.P. Meyer-Gerhard (1977)

GOËL

(h) Verlosser.

2025-07-27
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

goël

gegoël, towerkunste (duiwelskunste) verrig, behendige toertjies verrig.

2025-07-27
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Goël

(Hebr.), bloedwreker, in oude Israël naaste bloedverwant van vermoorde; fig.: de heiland

2025-07-27
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

Goël

(Hebr.) verlosser, d.i. Christus.

2025-07-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

Goël

m. (Hebr. volgens de Israëliet, wet: losser, bloedwreker, als naaste bloedverwant van de[n] vermoorde; fig. de Verlosser).

2025-07-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

goël

m. (-s) [Hebr.] 1. bij de Israëlieten, losser, bloedwreker als naaste bloedverwant van een vermoorde. 2. Goël Uitbr. Verlosser.

2025-07-27
Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Goël

Hebreeuwsch woord, overgezet door Verlosser Job 19 : 25; Ps. 19 : 15; 78 : 35; Spr. 23 : 11 ; Jes. 41 : 14; 43 : 14; 44 : 6, 24; 47 : 4; 48 : 17; 49 : 26; 54 : 5, 8; 59 : 20; 60 : 16; 63 : 16; Jerem. 54 : 34; door losser, Lev. 25 : 25, 26; Num. 5:8; Ruth 2 :20; 3:9, 12; 4 : 1, 3, 6, 8, 14. [ 20

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-27
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

goël

[Hebr.], m., (hist.) bij de joden bloedwreker, naaste bloedverwant van een vermoorde, die het recht had de moordenaar op te zoeken om hem te doden.