geldwisselaar
m. -s, geldwisselaren (iem., die er zijn beroep van maakt geld te wisselen, de ene geldsoort tegen de andere).
M. J. Koenen's (1937)
m. -s, geldwisselaren (iem., die er zijn beroep van maakt geld te wisselen, de ene geldsoort tegen de andere).
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
m. (-s), persoon die zijn beroep ervan maakte de ene geldsoort tegen de andere te ruilen. (e) De geldwisselaars vormen een der voorlopers van de latere banken (➝bank, GESCHIEDENIS). Hun bestaansrecht ontleenden zij aan de veelsoortigheid en kwaliteitsverschillen van de in omloop zijnde geldstukken. Bij het begin van de christelijke jaartelling ware...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
J.H. van Dale (1898)
GELDWISSELAAR, m. (-s), een persoon, die zijn beroep maakt van geld te wisselen, de eene geldsoort tegen de andere te ruilen; ...WOLF, m. (...wolven), een uiterst hebzuchtig mensch, iem. die altijd op geld aast, als een wolf op zijne prooi.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: