Wat is de betekenis van Geeuwer?

2025-07-24
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

geeuwer

m. (-s) hij die geeuwt: een maakt ook anderen aan het gapen.

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Geeuwer

GEEUWER, m. (-8), GEEUWERD, m. (-s), iem. die door geeuwen teekenen van slaperigheid of verveling geeft; — een geeuwer maakt ook anderen aan het gapen; — in minachtenden zin wat ben jij van avond een vervelende geeuwerd! GEEUWSTER, v. (-s).