Wat is de betekenis van fluïdum?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Fluïdum

(Lat.), o., uitvloeiende (onweegbare) stof, inz. magnetische uitstraling.

2025-07-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

fluïdum

fluïdum - Zelfstandignaamwoord 1. magnetische uitstraling 2. (natuurkunde) gas, vloeistof, plasma, en tot op zekere hoogte plastische vaste stoffen 3. vloeibare make-up

2025-07-25
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Fluïdum

[Lat. fluidum] vooronderstelde uit dierlijke lichamen uitvloeiende magnetische straling (i.d. vorm van een zeer fijne bijzondere vloeistof).

2025-07-25
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Fluïdum

magnetische uitstraling; vloeibare make-up; vloeistof

2025-07-25
Technische encyclopedie

Winkler Prins (1975)

FLUÏDUM

term waarmee vloeibare materie (vloeistof, gas of damp) wordt aangeduid. ‘Normale’ vloeistoffen en gassen worden wel met de term newtonfluïda aangeduid (voorts zie Viscositeit). In de fysica: toestand van een stof boven het kritieke punt waarin zij werkelijke vloeistof noch gas is.

2025-07-25
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Fluïdum

o., onweegbare stof; magnetische uitstraling

2025-07-25
Eerste Medisch Systematische Ingerichte Encyclopedie

Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)

Fluidum

1. een cosmetisch preparaat („vloeibaar poeder”) dat tegenwoordig de plaats van de pancake inneemt. 2. een vorm van „dierlijk magnetisme” waar men vroeger de kracht der suggestie aan toeschreef.

2025-07-25
Vreemde woorden in de natuurkunde en namen der chemische elementen

Prof. Dr. P.H. van Laer (1949)

Fluïdum

(Lat.; als subst. gebruikt neutr. v. flúïdus = vloeibaar; fltiere = vloeien, stromen). Vloeistof.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-25
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Fluïdum

(Lat.) (vloeistof), magnetische uitstraling.