Wat is de betekenis van Fluïditeit?

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Fluïditeit

(<Fr.), v., 1. vloeibaarheid; 2. vloeiendheid.

2025-07-24
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Fluïditeit

[Fr. fluidité, van Lat. fluidus = vloeibaar, vloeiend, van fluere = vloeien] vloeiendheid, ook: radheid (van tong).

2025-07-24
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Fluïditeit

(mate van) vloeibaarheid

2025-07-24
Technische encyclopedie

Winkler Prins (1975)

FLUÏDITEIT

de reciproke waarde van de viscositeit.

2025-07-24
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

fluïditeit

vloeibaarheid.

2025-07-24
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Fluïditeit

vloeibaarheid, losheid

2025-07-24
Vreemde woorden in de natuurkunde en namen der chemische elementen

Prof. Dr. P.H. van Laer (1949)

Fluïditeit

(→ fltiidum). Vloeibaarheid.

2025-07-24
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

fluïditeit

v. vloeiendheid, radheid (van een rede).

Wil je toegang tot alle 14 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-24
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Fluïditeit

Fluïditeit - (natuurk.). Hieronder verstaat men de omgekeerde waarde van den wrijvingscoëfficiënt en dus 1 / η.