Flikflooier
m. (-s).
Marc De Coster (2020-2025)
(18e eeuw) (inf.) lage vleier, mooiprater; kruiper. Van het werkwoord 'flikflooien': met baatzuchtige bedoelingen vleien; mooie praatjes verkopen. 'Flooien' is een dialectvorm van vleien. Vgl. het Friese 'flaaie'. Het was in 1907 dat Pieter Jelles Troelstra, tijdens een in Haarlem gehouden congres van de SDAP (de toenmalige socialistische partij),...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
J.H. van Dale (1898)
FLIKFLOOIER, m. (-s), FLIKFLOOISTER, v. (-s), lage vleier, kruiper, kruipster. FLIKFLOOIERIJ, v. lage vleierij, kruiperij.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: