find
I. vinden; onder-, bevinden; (be)merken; aantreffen, ontdekken; zoeken, halen; aan-, verschaffen; [een vonnis] vellen, verklaren; all found, alles inbegrepen, met kost en inwoning; well found in, goed voorzien van; find a true bill, rechtsingang verlenen; find one’s feet, beginnen te lopen; fig er in komen; he could not find it in his heart t...