Wat is de betekenis van Fictŏr?

2025-07-24
Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Fictŏr

ōris, m. 1. eig., boetseerder, beeldhouwer; in ’t bijz., hij, die offerdieren uit deeg of was vormde en in ‘t alg. offerkoeken maakte. 2. overdr., maker, schepper; verdichter.

2025-07-24
Prisma Latijn Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

Gerelateerde zoekopdrachten