Wat is de betekenis van Fasciola?

2025-07-28
Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Fascĭŏla

(fascĕŏla), ae, f. kleine band, purpureae fasciolae, om benen en voeten, als onze kousen, Cic.

2025-07-28
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Fasciola

Fasciola - → Leverbot.

2025-07-28
Pinkhof geneeskundig woordenboek

Herman Pinkhof (1923)

Fasciola

(Lat., bundeltje) cinerea (Lat., aschgrauw, grijs), 1. het achterste gedeelte der fascia dentata hippocampi, 2. (in de parasitologie), = distomum hepatica et lanceolata.

2025-07-28
Uitheemsche geneeskunde termen

dr. H. Pinkhof (1923)

Fasciola

(Lat., bundeltje), cinérea (Lat., asgrauw, grijs), 1. het achterste gedeelte der fascia dentata hippocampi. 2. (in de parasitologie), tegenwoordige naam voor distomum hepatica et lanceolata.

2025-07-28
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Fasciola

Fasciola - zie LEVERBOT.

2025-07-28
Prisma Latijn Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

Gerelateerde zoekopdrachten