Wat is de betekenis van Farao?

2025-07-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

farao

farao - Zelfstandignaamwoord 1. (Jiddisch-Hebreeuws) titel van de koning van Egypte, ook gebruikt als eigennaam; de enige farao's die in het OT bij hun eigen naam worden genoemd, zijn Chofra, Necho, Sisak en Tirhaka (274×: Gen. 12:15 +, Ex. 1:11 +, Deut. 6:21 +, 1 Sam. 2:27 +, 1 Kon. 3:1 +, 2 Kon. 17:7 +, Jes. 19:11 +, Jer. 25:19 +, E...

2025-07-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

farao

farao - zelfstandig naamwoord uitspraak: fa-ra-o 1. Egyptische koning in de oudheid ♢ de farao bepaalde wat er moest gebeuren Zelfstandig naamwoord: fa-ra-o de farao de farao's

2025-07-25
Memo Educatie

Uitgeverij Malmberg (2004)

Farao

Hoogste bestuurder (koning) in Egypte in de oudheid.

2025-07-25
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Farao

[Lat. Pharao, Gr. Pharaoo, van Oud-Egyptisch pr'oa = groot huis] (gesch.) (titel van de) opperheerser van het oude Egypte sinds de 18e dynastie, daarvóór naam van het paleis en zijn bewoners, dus het hof.

2025-07-25
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Farao

Egyptische koning; kaartspel

2025-07-25
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

farao

farao - Verwijst naar de opperste heersers van het oude Egypte, die werden beschouwd als koningen en goden. De term is afgeleid van het Egyptische woord 'per-aa', dat 'groot huis' betekent en oorspronkelijk naar het koninklijk paleis verwees. De term werd als synoniem of uiting van eerbied voor de Egyptische koning gebruikt in h...

2025-07-25
Woordenboek der oudheid

Prof. dr. J. Nuchelmans - Dr. J.H. Brouwers (1976)

FARAO

Op de LXX-transcriptie φαραω berustende vorm van een egyptische koningstitel uit het Nieuwe Rijk en het Late Tijdperk, die ons door het OT (hebreeuws par'oh) werd overgeleverd. Het woord pr-'3 ’het grote huis’, dat onder het Oude en het MiddelRijk het paleis aanduidde, werd onder het Nieuwe Rijk als een titel voor de koning gebruikt....

2025-07-25
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Farao

naam van de Oudegyptische vorsten.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-25
Katholicisme encyclopedie

Prof. dr. J.C. Groot (1955)

FARAO

(= het „grote huis”), is een titel, welke sedert de 18de Egyptische dynastie, ca. 1550 v. Chr., gebruikelijk werd ter aanduiding van de persoon van de koning, naast en in plaats van diens persoonsnaam, troonnaam en andere titels als beheerser van Boven- en Beneden-Egypte. Want men schroomde de naam van de koning (gelijk ook die van de g...