Wat is de betekenis van Evers?

evers - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord ever

Patroniem op basis van de voornaam Evert, verbogen met -s, waarna de -t- in uitspraak en schrift wegviel (< Evertszoon).

Zie J. C. van Meurs.

Evers - zie M. S. Keg.

Evers - 1° Franz, Duitsch tooneelschrijver en dichter; * 10 Juli 1871 te Winsen a. d. Luhe. Met Dehmel e.a. was hij baanbreker van het symbolisme in de Duitsche lyriek.Werken: 15 gedichtenbundels: o.a. Fundamente (1892); Deutsche Lieder (1895); Paradiese (1897); Erntelieder (1901); Ausgewählte Gedichte (1911). Drama: Das grosze Leben (1900...

Evers - (Franz), Duitsch dichter, geb. in 1871,schreef moderne lyrische gedichten, waarin veelmystiek en symboliek: Symphonie (1892),Sprüche aus der Höhe (1893), Die Psalmen enKönigslieder (1894), Deutsche Lieder (1896),Eohelieder (1896), enz.; verder eenige drama’s:Das grosze Lében, Sterbende Relden, Freundschaftund Liebe (alle in 1900).

Onder dezen naam vermelden wij: Carel Joseph., baron Evers, een Nederlandsch krijgsman, geboren den 8sten Mei 1773. Hij trad reeds vroeg in dienst, werd geplaatst in het Fransche leger, onderscheidde zich bij verschillende gelegenheden door zijne dapperheid en werd met spoed bevorderd, zoodat hij den 31sten Maart 1812 den rang verkreeg van brigadeg...