episcopalis
episcopális (-is, -e), - van Lat. episcŏpus (= Gr. episkŏpos, van epi, op; skŏpein, acht slaan, toezien), opziener, bestuurder, bij uitbreiding toeziener op de lagere geestelijkheid, bisschop: bij een bisschop behoorend, den vorm van een bisschopsmijter hebbend.