Wat is de betekenis van enthousiasteling?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Enthousiasteling

m. en v. (-en), (afkeurend of scherts.) enthousiast (persoon).

2025-07-28
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

enthousiasteling

zeer enthousiast persoon. iemand die buitengewoon enthousiast is voor iets; zeer enthousiast persoon. Voorbeelden: De deuren van de museumstelplaats bleven (helaas) hermetisch dicht om de unieke stukken te beschermen tegen de begerige blikken van enthousiastelingen. http://arnoverhagen.fotostop.be/TSP2003/afscheid_Post.htm, 2003...

2025-07-28
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Enthousiasteling

(entousiasteling) hartstochtelijk beoefenaar

2025-07-28
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

enthousiasteling

(de, -en), idem, iemand die enthousiast is. Een team van jonge enthousiastelingen, ieder geschoold op zijn eigen gebied zoals grafisch ontwerpen, redactievoering en commerciële begeleiding van drukwerk ( ) toog aan het werk (Oro 1 (6): 9; 1976). - Etym.: Het woord is in SN normaal, i.t.t. in het AN, waar het zelden en dan meestal licht afkeure...

2025-07-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Enthousiasteling

n.(-en), (afkeurend of scherts.) enthousiast persoon.

2025-07-28
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-28
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)