(de, -en), idem, iemand die enthousiast is. Een team van jonge enthousiastelingen, ieder geschoold op zijn eigen gebied zoals grafisch ontwerpen, redactievoering en commerciële begeleiding van drukwerk ( ) toog aan het werk (Oro 1 (6): 9; 1976).
- Etym.: Het woord is in SN normaal, i.t.t. in het AN, waar het zelden en dan meestal licht afkeurend of schertsend gezegd wordt.