Wat is de betekenis van Embarras?

(Fr.), m., 1. verlegenheid; hindernis; embarras du choix hebben, te veel keuze, zodat men niet weet wat te kiezen; —(Zuidn.) in den embras zitten, steken, in verlegenheid. 2. (Zuidn.) drukte: embras maken (ook ambras geschreven).

zie ambras.

[Fr., via lt. van VLat barra = staaf, zie embargo] hindernis, belemmering; ook: verwarring, verlegenheid; - du choix, verlegenheid door te overvloedige mogelijkheden van keuze.

verlegenheid

o., verwarring, verlegenheid ; embarras du choix: verlegen zijn met de keuze; niet weten, wat men moet kiezen

hindernis, hinderpaal, belemmering, versperring; drukte, last, hinder, moeilijkheid; verlegenheid; benardheid; embarras d'argent, geldverlegenheid; embarras du choix, moeilijke keus; embarras de la langue, spraakstoornis; embarras de voitures, opstopping van rijtuigen; causer de l’embarras à, last aandoen, ongelegen komen; faire d...

(Fr.) o. verwarring, verlegenheid; belemmering; ~ du choix, moeilijkheid van keus door te grote overvloed.

m. (Fr. verwarring; verlegenheid; belemmering): in de embarras zitten; lees: ambarras; Fr. l’embarras du choix, moeielijkheid om te kiezen wegens overvloed van keus; Z.-N. embarras (spreek uit: ambras) maken, drukte.

(Fr.), o. verbijstering.