Wat is de betekenis van échéance?

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Échéance

(Fr.), verschijning, verval.

2025-07-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

échéance

échéance - Zelfstandignaamwoord 1. vervaldag van een wissel. Woordherkomst Van het Franse #Frans|échéance

2025-07-24
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Echéance

vervaldag van een wissel, betalingstermijn

2025-07-24
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Échéance

vervaldag

2025-07-24
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Échéance

vervaldag, -tijd; termijn; vervallen bedrag; à brève échéance, binnenkort, binnen afzienbare tijd; à courte échéance, op kort zicht; op korte termijn; à longue échéance, op lang zicht; op lange termijn; na lange tijd; venir à (l’) échéance, vervallen.

2025-07-24
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

échéance

(Fr.) v. vervaldag v. e. wissel.

2025-07-24
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

échéance

v. échéances (Fr. [Lat. excidere = uitvallen]: vervaldag v. e. wissel, betalingstermijn).

2025-07-24
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Echéance

Echéance - (Fr.), vervaltijd van een wissel.

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-24
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

échéance

échéance, - v., vervaldag van een wissel; betalingstermijn.

Gerelateerde zoekopdrachten