Drankorgel
o. (-s), (volkst.) iem. die voortdurend dronken is.
Marc De Coster (2020-2025)
(1880) (inf.) dronkaard. Eigenlijk: een stellage van liggende vaten sterke drank. Volgens het WNT (1916) was het woord gebruikelijk in de volks-en studententaal. Het woordenboek citeert A. Weruméus Buning (Marineschetsen. 1880). • 't Leek wel een drankorgelfonds als je de rekening en verantwoording inzag. (de Groene Amste...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Wiktionary (2019)
drankorgel - Zelfstandignaamwoord 1. (informeel) iemand die constant dronken is ♢ Wil jij dat drankorgel even naar huis brengen? Ze mag zelf namelijk nu echt niet meer rijden. 2. een stellage met vaatjes voor verschillende soorten sterkedrank Woordherkomst samenstelling van drank en...
Marc de Coster (2007)
dronkaard. Eigenlijk: een stellage van liggende vaten sterke drank. Volgens het WNT (1916) was het woord gebruikelijk in de volks- en studententaal. O.a. bij A. Weruméus Buning (Marineschetsen, 18,1880).Zo’n uitgezakt drankorgel. (Jan Mens, Er wacht een haven, 1950) Jou zal ik te zijner tijd een doodschop verkopen, gevleugeld drankor...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: