Wat is de betekenis van drankorgel?

2025-07-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Drankorgel

o. (-s), (volkst.) iem. die voortdurend dronken is.

2025-07-23
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

drankorgel

(1880) (inf.) dronkaard. Eigenlijk: een stellage van liggende vaten sterke drank. Volgens het WNT (1916) was het woord gebruikelijk in de volks-en studententaal. Het woordenboek citeert A. Weruméus Buning (Marineschetsen. 1880). • 't Leek wel een drankorgelfonds als je de rekening en verantwoording inzag. (de Groene Amste...

2025-07-23
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

drankorgel

drankorgel - Zelfstandignaamwoord 1. (informeel) iemand die constant dronken is Wil jij dat drankorgel even naar huis brengen? Ze mag zelf namelijk nu echt niet meer rijden. 2. een stellage met vaatjes voor verschillende soorten sterkedrank Woordherkomst samenstelling van drank en...

2025-07-23
Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

drankorgel

dronkaard. Eigenlijk: een stellage van liggende vaten sterke drank. Volgens het WNT (1916) was het woord gebruikelijk in de volks- en studententaal. O.a. bij A. Weruméus Buning (Marineschetsen, 18,1880).Zo’n uitgezakt drankorgel. (Jan Mens, Er wacht een haven, 1950) Jou zal ik te zijner tijd een doodschop verkopen, gevleugeld drankor...

2025-07-23
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Drankorgel

o. (-s), iemand die voortdurend dronken is.

2025-07-23
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-23
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)