Denderen
(denderde, heeft gedenderd), (van rijtuigen) 1. dreunend schokken: denderende treinen; 2. (gew.) trappelen; (boevent.) dansen.
Van Dale Uitgevers (1950)
(denderde, heeft gedenderd), (van rijtuigen) 1. dreunend schokken: denderende treinen; 2. (gew.) trappelen; (boevent.) dansen.
Wiktionary (2019)
denderen - Werkwoord 1. (absol) met dreunend geluid zich voortbewegen of trillen ♢ - De goederentrein denderde door het station. ♢ - Lunchtijd aan de Vijzelgracht in Amsterdam. Het terras van een Italiaanse broodjeszaak staat vol dure damestassen. Kinderwagens dendere...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Muiswerk Educatief (2017)
denderen - regelmatig werkwoord uitspraak: den-de-ren 1. hard en met dreunend geluid rijden ♢ de trein denderde over de ijzeren brug Regelmatig werkwoord: den-de-ren ik dender jij/u dend...
M. J. Koenen's (1937)
denderde, h. gedenderd (van rijtuigen: dreunend trillen, of schokken; Z.N. gew. drentelen).
Instituut voor de Nederlandse taal
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: