† Demanderen
† Demanderen, bw. gel. (alleen in het verl. dw.) opdragen, toevertrouwen; het is best aan u gedemandeerd. *...MANTELEREN, bw. gel. (ik demanteleerde, heb gedemanteleerd), ontmantelen (eene vesting), slechten, afbreken (de muren). *...MARCATIE, v. (...ën), afbakening, grensscheiding; eene lijn van - trekken; -troepen, grenstroepen. *.....