Wat is de betekenis van Deca?

2025-07-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Deca

eerste lid in namen van ’t metriek stelsel om tientallen aan te duiden : decameter, -liter enz.

2025-07-26
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

deca

1) (1980+) (turbotaal) decadent. • Ontwerpt Neels alleen voor yuppies? Dat zou wel erg deca zijn. (Haagse Post, 03/05/1986) • Geef mij maar een watertje dat parelt. Ik verkoop natuurlijk wel Perrier als de klant er om vraagt. Als iemand het in een wijnglas wil hebben weet ik meteen dat hij uit de provincie komt. In Tilburg gel...

2025-07-26
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

deca

deca - telwoord uitspraak: de-ca 1. tien ♢ een decameter is tien meter Telwoord: de-ca

2025-07-26
Technische encyclopedie

Winkler Prins (1975)

DECA

symbool: da, in het SI toegestaan maar niet aanbevolen voorvoegsel voor eenheden, aanduidend een factor 10.

2025-07-26
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Deçà

I. aan deze zijde; deçà et delà, hier en daar; heen en weer; en deçà, aan deze zijde; II. prép. (meestal en deçà de) aan deze zijde van; ten achter bij.

2025-07-26
Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

DECA

(Grieks: deka) betekent tien. Daarom noemt men Dekapolis een vereniging van 10 steden, dekaloog de wet van de tien geboden, decade een week van io dagen, zoals die in Frankrijk in de Republikeinse kalender was vastgesteld, decachorde een gitaar met io snaren, en Decamerone een boek verhalen zich uitstrekken...

2025-07-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

deca

Gr.-Lat. in samenst. tien[maal].

2025-07-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

deca

tot en met decaliter ➝ deka enz.

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-26
Handelslexicon

J. Hagers (1910)

Deca

Deca - het tienvoud: Decameter = 10 Meter.