Wat is de betekenis van de muts hebben (krijgen)?

2025-07-29
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

de muts hebben (krijgen)

(17e eeuw, vero.) (inf.) verliefd zijn (worden). Een 'mutsaard' was in de 16e eeuw een minnaar. Het werkwoord 'mutsen' voor vrijen of flirten werd eveneens in de 16e eeuw opgetekend. • Naast de muts hebben op iemand kan men gezegd hebben: hij heeft de muts, il est coifte, hij is verliefd, en bij uitbreiding met de muts gekweld of geplaagd zij...