De morgenstond heeft goud in den mond
D.w.z. ‘vroeg opstaan is profijtelijk’; hd. Morgenstunde hat Gold im Munde; ook Morgenstunde hat plumbierte Zahne (zie [i]Germ.-Rom. Monatschr.[/i] IX, 58); bij Joos, 150: de morgenstond heeft goud (of rozen) in den mond; morgenwerk, gulden werk. Vgl. verder Pers, Bellerophon I, 145: De Morgenstondt dr...