Cyclus
(Lat.-Gr.), m. (-sen), kring, keten van onstoffelijke zaken; in ’t bijz.: tijdkring, zeker aantal jaren na verloop waarvan dezelfde hemelverschijnselen zich weder in dezelfde orde voordoen; — reeks van overleveringen, gedichten, vertellingen die op een zelfde centraal thema betrekking hebben en meer of minder een aaneengeschakeld geheel...