Cursus
(Lat.), m. (-sen), 1. leergang, een reeks van lessen die elkaar volgens zeker plan opvolgen en eenafgesloten geheel vormen, in vakken van wetenschap of kunst: een cursus in de algebra volgen; een schriftelijke cursus oprichten; cursus voor de hoofdakte; — hogere burgerschool met vijfjarige cursus, waar de gehele leerstof in 5 jaar behandel...