Cui prodest scelus, is fecit
(Lat.), die voordeel van de misdaad heeft, die heeft haar gepleegd (Seneca, Medea 503).
Van Dale Uitgevers (1950)
(Lat.), die voordeel van de misdaad heeft, die heeft haar gepleegd (Seneca, Medea 503).
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: