Wat is de betekenis van criticaster?

2025-07-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Criticaster

(<Sp.), m. (-s), onbillijk of onbevoegd recensent, muggenzifter, vitter.

2025-07-26
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

criticaster

negatieve criticus. criticus die bijvoorbeeld kunstuitingen, politieke voorkeuren of bepaalde, meestal bekende, personen of hun handelen, streng, negatief of onredelijk beoordeelt of recenseert; negatieve criticus. Voorbeelden: Wat zijn prominente criticasters ook mogen beweren, Dick Advocaat is als een tevreden man uit de VS terugge...

2025-07-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

criticaster

criticaster - Zelfstandignaamwoord 1. (pejoratief) onredelijk recensent, een zeikerd

2025-07-26
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Criticaster

[zie criticus, en -aster] wie kritiek uitoefent zonder de benodigde kunde, vitter, muggezifter, onoordeelkundig en onbetekenend beoordelaar.

2025-07-26
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Criticaster

(kritikaster) onbillijk recensent; muggezifter

2025-07-26
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Criticaster

muggezifter; onbeduidend criticus.

2025-07-26
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

Criticaster

vitterig criticus.

2025-07-26
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

criticaster

m. onbeduidend recensent, muggenzifter.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

criticaster

m. -s (muggenzifter).