Cours
[Fr., van Lat. cursus = loop, ren; vgl. Eng. course] 1 loop, koers, wedren; 2 cursus.
A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)
[Fr., van Lat. cursus = loop, ren; vgl. Eng. course] 1 loop, koers, wedren; 2 cursus.
Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)
loop; beloop, (voort)gang; rij [stenen]; lengte; omloop [v. geld]; koers, gangbaarheid [v. munten]; prijs, (beurs)notering; leergang, cursus, college; leerboek; capitaine au long cours, kapitein op de grote vaart; navigation au long cours, grote vaart; voyage de long cours, verre zeereis; cours moyen, middenkoers; cours de clôture, slotkoers;...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: