contingo
1. tinxi, tinctum (3), besproeien, bevochtigen. 2. contingo, tĭgi, tactum (3), I. trans., aanraken, a. eig., iets aanraken, met iets in aanraking komen. | aanvatten, pakken, grijpen. | aanroeren, van iets proeven. | bestrijken, bestrooien, besproeien. | (omhoog of omlaag) tot iets reiken, ook fig.; onmiddellijk aan iets grenzen, - liggen, | (een do...