Wat is de betekenis van colloïdaal?

2025-07-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Colloïdaal

bn., ben. voor een bepaalde vochtige toestand van verdeeldheid van stoffen waarbij de deeltjes groter zijn dan een molecuul en kleiner dan in een suspensie ; deze stoffen diffunderen niet door een membraan.

2025-07-23
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

colloïdaal

colloïdaal - Bijvoeglijk naamwoord 1. (medisch) betreffende een vloeibare oplossing met kleine deeltjes erin 2. (scheikunde) betreffende een colloïde, een fijne dispersie van de ene fase in de andere Woordherkomst afgeleid van colloïde met het achtervoegsel -aal

2025-07-23
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Colloïdaal

bn van de aard van een colloïde, zich in de toestand van een colloïde bevindend; [i]colloïdale oplossing. [/i]

2025-07-23
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Colloïdaal

zich in kleine deeltjes in een vloeistof bevindend (van stoffen)

2025-07-23
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Colloïdaal

zie colloïde.

2025-07-23
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Colloïdaal

in een schijnbaar opgeloste, uiterst fijn verdeelde toestand verkerend.

2025-07-23
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Colloidaal

noemt men een stof, die onoplosbaar is, doch die zo fijn is, dat zij in een vloeistof gebracht daarin niet snel uitzakt, m.a.w. in de vloeistof gesuspendeerd blijft. De allerfijnste klei, met water geschud, bezinkt niet, doch blijft in suspensie. C. worden ook stoffen genoemd, die ogenschijnlijk oplossen, b.v. gelatine, lijm, arabische gom, rubber...

2025-07-23
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Colloïdaal

in colloïde toestand verkerend. Voorbeeld: zeep in een sop, vet in de melk, tabaksrook in een kamer, lucht in puimsteen, lucht in water (= schuim).

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-23
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

colloidaal

lijm-, geleiachtig; ~ brandstof, v. mengsel van stookolie (m a z o u t), steenkoolstof en fixeermiddelen.